Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pol·der·land·schap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord polderlandschap polderlandschappen
verkleinwoord polderlandschapje polderlandschapjes

Zelfstandig naamwoord

het polderlandschapo

  1. een landschap dat gevormd is door inpoldering, dus met dijken, sloten, weilanden en weinig hoogteverschillen
    • Zuid-Holland en Noord-Holland worden gedomineerd door een polderlandschap. 

Gangbaarheid