plantennaam
- Geluid: plantennaam (hulp, bestand)
- plan·ten·naam
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | plantennaam | plantennamen |
verkleinwoord |
de plantennaam m
- (plantkunde) de naam die men geeft aan een plantensoort
- Bij salomonszegel, judaspenning, aronskelk en passiebloem zal het de bezoeker duidelijk zijn naar welke persoon of gebeurtenis de plantennaam verwijst. [2]
- Uit de namen waarmee Surinamers planten in hun land aanduiden, blijkt dat tot slaaf gemaakte Afrikanen een groot deel van de flora in de Nieuwe Wereld herkenden. Zij namen planten mee of gaven vertrouwd ogende planten aan de overzijde van de oceaan dezelfde namen als in Afrika. Dat blijkt uit een vergelijkend onderzoek van plantennamen in Suriname, Benin en Gabon door een team Nederlandse en Surinaamse botanici onder leiding van Tine van Andel van het Leidse Naturalis (PNAS, early online edition). [3]
- Het woord plantennaam staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Reformatorisch Dagblad Noor de Graaf 17-08-2007 Een ceder bij een kerk zegt meer dan een lindeboom
- ↑ NRC 2 december 2014 Slaven gaven planten in Suriname hun naam