Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • paar·den·ziek·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord paardenziekte paardenziektes
paardenziekten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

paardenziekte v [2]

  1. aandoening waaraan paarden kunnen lijden
     Zeer dodelijke paardenziekte uitgebroken in Hardenberg: Op een locatie in de gemeente Hardenberg is de neurologische vorm van het zogenoemde rhinopneunomie vastgesteld. Een paard is inmiddels geëuthanaseerd. Twee andere paarden met dezelfde aandoening kunnen in leven blijven.[3]
     In het zuiden van Limburg is op verschillende stallen de besmettelijke paardenziekte droes vastgesteld.[4]
Hyponiemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. paardenziekte op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3.   Weblink bron “Zeer dodelijke paardenziekte uitgebroken in Hardenberg” (13-11-2018), Tubantia
  4.   Weblink bron “’Paardenziekte droes vastgesteld in zuiden Limburg’” (24 feb. 2017), De Telegraaf