overcompenseert
- over·com·pen·seert
vervoeging van |
---|
overcompenseren |
overcompenseert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overcompenseren
- Jij overcompenseert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overcompenseren
- Hij overcompenseert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van overcompenseren
- Overcompenseert!
- Het woord overcompenseert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.