orkestrators

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  orkestrators    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• or·kes·tra·tors

Zelfstandig naamwoord

de orkestrators mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord orkestrator

Gangbaarheid

• Het woord orkestrators staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.