oppeuzelen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: oppeuzelen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈɔpøzələ(n) / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- op·peu·ze·len
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van op bw en peuzelen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
oppeuzelen |
peuzelde op |
opgepeuzeld |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
oppeuzelen
- overgankelijk met genoegen opeten
- Alle nootjes werden in een ommezien door de eekhoorntjes opgepeuzeld.
Vertalingen
1. met genoegen opeten
Gangbaarheid
- Het woord oppeuzelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "oppeuzelen" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be