onderlegden
- Geluid: onderlegden (hulp, bestand)
- on·der·leg·den
vervoeging van |
---|
onderleggen |
onderlegden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van onderleggen
- ...dat wij onderlegden.
- ...dat jullie onderlegden.
- ...dat zij onderlegden.
- ...dat wij onderlegden.
vervoeging van |
---|
onderleggen |
onderlegden
- meervoud verleden tijd van onderleggen
- Wij onderlegden.
- Jullie onderlegden.
- Zij onderlegden.
- Wij onderlegden.
- Het woord onderlegden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.