Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • nul·me·ting
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord nulmeting nulmetingen
verkleinwoord nulmetinkje nulmetinkjes

Zelfstandig naamwoord

de nulmetingv

  1. bepaling van de situatie aan het begin van een onderzoek
  2. (techniek) meting voor de waarde nul van een grootheid

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be