neusrug
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- neus·rug
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | neusrug | neusruggen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de neusrug m
- bovenste, middelste deel van de buitenkant van de neus
- De voorschriften van de fabrikanten liepen uiteen. Bij neusbloedingen schreef Electrolux een behandeling van schouders en nek voor (6 tot 8 min.), maar Atlas tweemaal daags een 5 minuten durende behandeling van nek, neuswortel en neusrug. [2]
- Dat duidt erop dat hij veel in de buitenlucht verkeert en, waarom niet, ook nog dat hij dan een pet met een klep draagt. Voorhoofd en neusrug zijn immers bleek, niet zonverbrand. We zijn er: dit is een boerenzoon. L [3]
Vertalingen
1. bovenste, middelste deel van de buitenkant van de neus
Gangbaarheid
- Het woord neusrug staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "neusrug" herkend door:
77 % | van de Nederlanders; |
83 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Lex VeldhoenJan van den Ende 8 juli 1993 Elektriseermachines
- ↑ NRC Joyce Roodnat 6 oktober 1995 Nijdige doden vol onverwoestbaar leven; De onversierde spoken van dorpsfotograaf Jacob Molenhuis
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be