negenhonderdentweeënveertig
Nederlands
0 | 9 | 4 | 2 |
negenhonderdentweeënveertig,
op een abacus
op een abacus
Uitspraak
- Geluid: negenhonderdentweeënveertig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌneɣə(n)ˌhɔndərtɛnˈtwejənˌfertəx / (9 lettergrepen)
Woordafbreking
- ne·gen·hon·derd·en·tweeën·veer·tig, ne·gen·hon·derd·en·twee·en·veer·tig
Woordherkomst en -opbouw
Hoofdtelwoord
negenhonderdentweeënveertig
- "942", langere vorm van negenhonderdtweeënveertig, negenhonderd plus tweeënveertig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft negenhonderdentweeënveertig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot negenhonderdentweeënveertig.
- om een hoeveelheid aan te geven
Synoniemen
- negenhonderdtweeënveertig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "negenhonderdentweeënveertig" wordt zelden gebruikt)[1] [2]
Afgeleide begrippen
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "negenhonderdentweeënveertig" ht als linkerdeel
Gangbaarheid
- Het woord 'negenhonderdentweeënveertig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron W. Haeseryn e.a.“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)