nachtmens
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- nacht·mens
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van nacht zn en mens zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | nachtmens | nachtmensen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de nachtmens m
- iemand die het prettig vind om pas laat in de nacht te gaan slapen
Synoniemen
- avondmens (met meer nadruk op het nog in de avond actief zijn, dan op het laat gaan slapen)
- nachtbraker (met de ondertoon dat het beter zou zijn eerder naar bed te gaan)
Antoniemen
Vertalingen
1. iemand die het prettig vind om pas laat in de nacht te gaan slapen
Gangbaarheid
- Het woord nachtmens staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "nachtmens" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be