Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mu·ziek·in·dus·trie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord muziekindustrie muziekindustrieën
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de muziekindustriev

  1. (muziek) de bedrijfstakie die zich bezighoudt met het creëren, uitvoeren, promoten en behouden van muziek.
     Karen: Het was een mannenwereldje. Dat gold voor de hele wereld, maar de muziekindustrie..... Het was niet makkelijk.... Je had voor bijna alles toestemming van een vent nodig, en....[1]
     "Als het gaat om de bas in reggae-muziek, had niemand zo veel invloed als Robbie Shakespeare, twittert de Jamaicaanse premier Robert Holness. "Hij zal voor zijn geweldige bijdrage aan de muziekindustrie en cultuur van Jamaica in onze herinnering blijven."[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Taylor Jenkins Reid
    “Daisy Jones & the Six” (2019), Ambo Anthos, ISBN 9789026349249
  2.   Weblink bron “Reggaebassist en muziekproducer Robbie Shakespeare overleden” (DO 9 DECEMBER 2021), NOS