multiplicáis
vervoeging van |
---|
multiplicar |
multiplicáis
- tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van multiplicar
vervoeging van |
---|
multiplicarse |
multiplicáis
- tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van multiplicarse
vervoeging van |
---|
multiplicar |
multiplicáis
vervoeging van |
---|
multiplicarse |
multiplicáis