Nederlands

 
muleta
Uitspraak
Woordafbreking
  • mu·le·ta
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Spaans [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord muleta muleta's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de muletav / m

  1. half-cirkelvormige doek van zware rode flanel, gedrapeerd om een houten stok, waarmee een matador (meestal in het laatste deel van een stierengevecht) de stier uitdaagt
     Zo rood als de dakpannen van het legotreinstation waren ook de muleta’s, de flanellen doeken, van de stierenvechters die lange tijd in dezelfde Campo Pequeno-arena met stieren vochten.[2]
     De 67-jarige Britse toreador Frank Evans heeft zondagavond zijn rentree gemaakt in de Spaanse arena. Dat is niet alleen opmerkelijk vanwege zijn leeftijd. Hart- en knieproblemen dwongen Evans vier jaar geleden eigenlijk al zijn muleta aan de haak te hangen.[3]

Gangbaarheid

21 % van de Nederlanders;
22 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. muleta op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron
    25-04-2013
    “Grauw gebouw wordt wit in lego” (Gerco Verdouw), Reformatorisch Dagblad
  3.   Weblink bron
    ivb
    “67-jarige Brit maakt rentree als stierenvechter” (31/08/2009), De Standaard
  4.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be