mollenvel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mol·len·vel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | mollenvel | mollenvellen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het mollenvel o
- de fluweelzachte, zwarte huid van een mol
- Kweekt deze helderziende jongeheer - die het vertrek van Jessica, de terugkeer van Hans en de proef met het waterkussen voorspelde - een dikker mollenvel? Of teert de echte mol nog steeds dankbaar op zijn typetje? Dit seizoen heeft er helaas niemand sloffen aan tijdens de eliminatieronde, dus het is opnieuw 7 dagen wachten en speculeren. [2]
Gangbaarheid
- Het woord mollenvel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "mollenvel" herkend door:
85 % | van de Nederlanders; |
83 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ De Standaard 06/03/2017 door Sylvie Van Ginneken Het zou doodjammer zijn als deze kandidaat niét de mol is
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be