moederszijde
- moe·ders·zij·de
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | moederszijde | |
verkleinwoord |
- de familie, voorouders van iemands moeder
- ▸ Het was mevrouw Malvintsev, een tante van freule Marja van moederszijde, een rijke, kinderloze weduwe die altijd in Voronezj had gewoond.[2]
- ▸ Hoe Catalaans-nationalistisch hij ook is, Puigdemont heeft wel degelijk Spaans bloed. Zijn oma van moederszijde, Manuela Ruiz Toledo, kwam in de jaren 20 als jong meisje uit Andalusië naar Barcelona. Net als duizenden andere Spanjaarden in die tijd trok zij om economische redenen naar Catalonië. Ze stierf erg jong. Carles heeft haar nooit gekend.[3]
1. de familie, voorouders van iemands moeder
- Het woord moederszijde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Oorlog en Vrede” (1869), van Oorschot, ISBN 978902825115 1
- ↑ Weblink bron Ernest Claassen“Carles Puigdemont: een leven voor een onafhankelijk Catalonië” (06-10-2017), NOS