Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mne·mo·tech·nisch
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Grieks
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen mnemotechnisch mnemotechnischer
verbogen mnemotechnische mnemotechnischere
partitief mnemotechnisch mnemotechnischers -

Bijvoeglijk naamwoord

mnemotechnisch [1]

  1. betrekking hebbend op de techniek van het onthouden; betrekking hebbend op de geheugenkunst
Vertalingen

Gangbaarheid

27 % van de Nederlanders;
46 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen