Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • me·te·oor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord meteoor meteoren
verkleinwoord meteoortje meteoortjes

Zelfstandig naamwoord

de meteoorm

  1. (astronomie) een kortstondig lichtspoor aan de hemel door de verbranding van een uit de ruimte vallende meteoriet
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen