Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • merk·te op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
opmerken

merkte op

  1. enkelvoud verleden tijd van opmerken
    • Ik merkte op. 
    • Jij merkte op. 
    • Hij, zij, het merkte op. 


Gangbaarheid