Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • maand·rit·me
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord maandritme maandritmes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het maandritmeo

  1. een vast ritme voor mensen hoe een maand ingedeeld is
    • Een maandritme geeft mensen houvast. 
  2. een vast patroon die voor iedere maand (bijna) hetzelfde is of vergelijkbaar
Verwante begrippen