maïs
- Geluid: maïs (hulp, bestand)
- IPA: / ˈmaɪs / (2 lettergrepen)
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈmaʲɪs/
- (Limburg): /ˈmɛɪ̯s/
- ma·is
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | maïs | - |
verkleinwoord | - | - |
de maïs m
- (bloemplanten) bepaalde graansoort afkomstig uit Midden-Amerika, Zea mays
- (voeding) zaden van de maïsplant Zea mays , gebruikt als groente (wikidata: maïs )of als meel(wikidata: maïs )
- babymaïs, energiemaïs, genmaïs, gentechmaïs, kolfmaïs, korrelmaïs, paardentandmaïs, pofmaïs, snijmaïs, zetmeelmaïs
- Europese maïsboorder, maïsakker, maïsbloem, maïsboorder, maïsbrood, maïsdoolhof, maïsgeel, maïsgluten, maïsgries, maïskiem, maïskip, maïskoek, maïskolf, maïskorrel, maïskuil, maïsland, maïsmeel, maïsolie, maïsoogst, maïspap, maïsparkiet, maïsplant, maïsplukker, maïsproductie, maïssaus, maïssoep, maïsstroop, maïssuiker, maïsteelt, maïstop, maïstortilla, maïsveld, maïsverbouw, maïsvinaigrette, maïsvlok, maïswortel, maïswortelknobbelaaltje, maïszet, maïszetmeel, maïsziekte
1. bepaalde graansoort afkomstig uit Midden-Amerika, Zea mays
- Het woord maïs staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "maïs" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "maïs" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ maïs op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Zie taaladvies Onze Taal
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
maïs m