1. Een lino gemaakt door T. van der Horst  .
  • li·no
enkelvoud meervoud
naamwoord lino lino's
verkleinwoord - -

de linom

  1. (kunst) afdruk van een in linoleum uitgesneden afbeelding
    • Ondanks alle verschillende materialen en technieken die Post gedurende een halve eeuw tekenen inzette, is ze vooral beroemd geworden met twee stijlen; de schetsmatige potloodtekeningen uit de Kuijer-periode en de gestileerde linoleumsneden bij de dierenverhalen van Toon Tellegen. Post had haar laatste lino gemaakt op het Montessori-lyceum, maar toen Reinold Kuipers haar begin jaren tachtig vroeg de techniek weer op te pakken voor een tekening bij een verhaal van Tellegen wilde ze het wel proberen. [1]
47 % van de Nederlanders;
48 % van de Vlamingen.[2]


  • li·no
enkelvoud meervoud
lino linos

lino m

  1. (plantkunde) vlas, lijnzaad
  2. linnen