landingsplek
- lan·dings·plek
- samenstelling van landing en plek met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | landingsplek | landingsplekken |
verkleinwoord | landingsplekje | landingsplekjes |
- de plek waar er geland wordt.
- Het schip, de hovercraft, de helikopter en het vliegtuig gebruikten alle dezelfde landingsplek.
- Het woord 'landingsplek' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.