Het landhuis Leeuwenstein

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • land·huis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord landhuis landhuizen
verkleinwoord landhuisje landhuisjes

Zelfstandig naamwoord

het landhuiso

  1. (bouwkunde) een groot huis op het platteland
    • Diverse tentoonstellingen en activiteiten werden van het Centraal Museum in het landhuis georganiseerd. 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be