Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kunst·hal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kunsthal kunsthallen
verkleinwoord kunsthalletje kunsthalletjes

Zelfstandig naamwoord

de kunsthalv / m

  1. een expositieruimte zonder eigen collectie maar wel met medewerkers die de tentoonstellingen organiseren.
    • De kunsthal in Rotterdam is geen museum want ze heeft geen eigen collectie. 

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be