kompasbeugel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kom·pas·beu·gel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kompas en beugel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kompasbeugel | kompasbeugels |
verkleinwoord | kompasbeugeltje | kompasbeugeltjes |
Zelfstandig naamwoord
de kompasbeugel m
- (scheepvaart) elk van beide ringen waarin het cardanisch opgehangen scheepskompas waterpas blijft hangen
Gangbaarheid
- Het woord kompasbeugel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.