klauwaap
- klauw·aap
de klauwaap m
- Callitrichinae
een onderfamilie van de familie kapucijnapen, doodshoofdaapjes en klauwaapjes (Cebidae), het zijn aapjes die klauwtjes hebben in plaats van vingers met nagels
- ▸ Een opmerkelijke verstekeling aan boord van een vlucht van Florida naar New York: iemand had een klauwaapje meegesmokkeld. Het dier gedroeg zich zo voorbeeldig, dat het gewoon op een stoel mocht gaan zitten. De passagiers hebben nog nooit zo’n leuke vlucht gehad.[2]
- ▸ Een witoorpenseelaapje behoort tot de klauwapen, is piepklein en leeft in de Amazone-oerwouden in Brazilië. Het diertje uit Zevenaar is naar apenopvang AAP gebracht.[3]
- Het woord klauwaap staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "klauwaap" herkend door:
68 % | van de Nederlanders; |
71 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Weblink bron “Ongewenste passagiers in een vliegtuig” (11 sep. 2013), De Telegraaf
- ↑
Weblink bron “Witoorpenseelaapje gevonden in huis Zevenaar” (23 jan. 2014), De Telegraaf
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be