Nederlands

 
een kiepbak op een kiepwagen
Uitspraak
Woordafbreking
  • kiep·bak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kiepbak kiepbakken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de kiepbakm

  1. een grote bak die men kan kantelen om te legen
    • Op een frisdrankenautomaat in het kantoor van telecomtoezichthouder Opta is een cartoon geplakt. Een vrachtwagen met kiepbak, ingehuurd door een telecombedrijf, stort voor de ingang van het Opta-gebouw een enorme hoeveelheid papier uit. De toegang tot het pand is vervolgens volledig versperd. De cartoon slaat op de telecomwet die woensdag in werking treedt. De Opta moet volgens deze wet een grondige, economische studie maken van de telecommarkt, die de wet indeelt in achttien deelmarkten. Voor deze analyse zijn per deelmarkt vragenlijsten naar alle bedrijven gestuurd - en soms tellen die bijna 300 pagina's. Vooral KPN, als oud-monopolist verreweg de grootste speler, moet een massieve hoeveelheid informatie aan Opta verstrekken. [2] 
Synoniemen

Gangbaarheid

90 % van de Nederlanders;
69 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen