keukenkast
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: keukenkast (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkøkə(n)ˌkɑst / (3 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈkø.kəˌkɑst/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈkø.kəˌkɑst/
Woordafbreking
- keu·ken·kast
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van keuken en kast
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | keukenkast | keukenkasten |
verkleinwoord | keukenkastje | keukenkastjes |
Zelfstandig naamwoord
- (meubel) een kast in de keuken
- De kruiden staan voorin het keukenkastje.
Vertalingen
1. een kast in de keuken
Gangbaarheid
- Het woord keukenkast staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "keukenkast" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be