Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kerst·nacht·mis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kerstnachtmis kerstnachtmissen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de kerstnachtmisv / m

  1. (kerst) (religie) de liturgie die op kerstavond, de avond van 24 december en/of de nacht die erop volgt, wordt gevierd ter ere van de geboorte van Jezus Christus
    • Tijdens de kerstnachtmis riep de priester op tot vrede op aarde. 
Verwante begrippen