kerkvorm
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kerk·vorm
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kerk en vorm
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kerkvorm | kerkvormen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de kerkvorm m
- een van de uiterlijke gedaanten die een kerk kan hebben
- Een basiliek en een kathedraal zijn imposante kerkvormen.
Gangbaarheid
- Het woord 'kerkvorm' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.