kerkhistoricus
- Geluid: kerkhistoricus (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkɛrəkhɪsˌtorikʏs / (5 of 6 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈkɛrk.ɦɪsˌto̝ː.ri.kəs/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈkɛrk.ɦɪsˌtoː.ri.kʏs/
- kerk·his·to·ri·cus
- samenstelling van kerk en historicus
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kerkhistoricus | kerkhistorici |
verkleinwoord | kerkhistoricusje | kerkhistoricusjes |
de kerkhistoricus m
- iemand die zich gespecialiseerd heeft in de geschiedenis van het christendom
- Als je meer wil weten over christelijke stromingen in de 4e eeuw kan je beter een kerkhistoricus vragen.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord kerkhistoricus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.