kaping
- ka·ping
- Naamwoord van handeling van kapen met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kaping | kapingen |
verkleinwoord | kapinkje | kapinkjes |
de kaping v
- het met geweld, of onder bedreiging met geweld, overnemen van iets (vaak een voertuig).
- Vaak worden de inzittenden als gijzelaars gebruikt (dan is de kaping ook een gijzeling) om bepaalde eisen van de kapers ingewilligd te krijgen.
- Het woord kaping staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kaping" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be