jures
- tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van jurer
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van jurer
jures
- aanvoegende wijs tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van jurar
- gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van jurar