Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • jon·ge·ren·ho·tel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord jongerenhotel jongerenhotels
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het jongerenhotelo

  1. logiesbedrijf waar jongeren voordelig kunnen overnachten omdat de aangeboden voorzieningen op hen zijn afgestemd
    • De jeugdige toeristen in het pas geopende jongerenhotel aan het Groninger Boterdiep willen waarschijnlijk best wel graag vermaakt worden, luidde de redenering. [1]

Gangbaarheid

Verwijzingen