Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·ver·se
enkelvoud meervoud
naamwoord inverse -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

inverse

  1. (wiskunde) een functie of afbeelding die het effect van een andere functie of afbeelding tenietdoet, of anders gezegd de omgekeerde bewerking verzorgt
    • Worteltrekken is de inverse van kwadrateren. 
Verwante begrippen

Bijvoeglijk naamwoord

inverse

  1. verbogen vorm van de stellende trap van invers

Meer informatie

Gangbaarheid


Engels

stellend vergrotend overtreffend
inverse more inverse most inverse

Bijvoeglijk naamwoord

inverse

  1. omgekeerd, tegengesteld, tegenovergesteld
enkelvoud meervoud
inverse inverses

Zelfstandig naamwoord

inverse

  1. tegendeel
  2. (wiskunde) inverse


Frans

  enkelvoud meervoud
  mannelijk  /
  vrouwelijk  
inverse inverses

Bijvoeglijk naamwoord

inverse

  1. omgekeerd, tegengesteld
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  inverse     l'inverse     inverses     les inverses  

Zelfstandig naamwoord

  1. tegendeel
  2. (wiskunde) inverse


Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /ɪnvɛrzɛ/
Woordafbreking
  • in·ver·se

Zelfstandig naamwoord

inverse v

  1. (verouderd) inversie
Verbuiging
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen

Meer informatie

Verwijzingen