inschenkassistent
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·schenk·as·sis·tent
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van inschenken ww en assistent zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | inschenkassistent | inschenkassistenten |
verkleinwoord | inschenkassistentje | inschenkassistentjes |
Zelfstandig naamwoord
de inschenkassistent m
- (beroep) iemand die helpt met het inschenken van dranken
- ▸ 'Zal ik aan de directeur vragen of er nog een baantje beschikbaar is?' zei Chantal vinnig. ‘Als inschenkassistent annex bekerophaler, lijkt je dat wat?[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'inschenkassistent' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.