inflatiecijfer

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  inflatiecijfer    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• in·fla·tie·cij·fer

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  inflatie zn  en  cijfer zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	inflatiecijfer	inflatiecijfers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het inflatiecijfer o

1. percentage van de gemiddelde prijsstijging in een bepaalde periode

   ▸ Eerder werden vooral de gestegen energie- en voedselprijzen als oorzaken van de hoge inflatie genoemd. Maar het IMF schrijft dat vervoerkosten minstens zo veel invloed hebben op het inflatiecijfer. Want alhoewel een groter deel van onze besteedbare inkomens naar brandstof en voedsel gaat, schommelen de transportkosten van goederen over zee meer. En dat is terug te zien in de inflatie.

   ▸ Economen van ABN Amro constateerden eerder dat het inflatiecijfer mede door die meetmethode een vertekend beeld laat zien. Het Centraal Bureau voor de Statistiek meldt vandaag dat het onderzoek uitvoert naar het meten van energieprijzen bij het vaststellen van het inflatiecijfer.

Hyponiemen

• kerninflatiecijfer

Gangbaarheid

• Het woord inflatiecijfer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.