vervoeging van
independizar

independiza

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van independizar
  2. gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van independizar
vervoeging van
independizarse

independiza

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van independizarse