hulpverleningsdienst
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- hulp·ver·le·nings·dienst
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van hulpverlening zn en dienst zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hulpverleningsdienst | hulpverleningsdiensten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de hulpverleningsdienst m
- organisatie die ondersteuning verleent in een noodsituatie
- ▸ Vijfentwintig huishoudens zitten nog zeker tot middernacht zonder gas. In een centrale ruimte van de serviceflat zijn mobiele kachels neergezet, waar de bewoners zich aan kunnen warmen. Volgens de Hulpverleningsdienst Drenthe zijn er geen gewonden.[1]
- ▸ Weginspecteurs van Rijkswaterstaat rijden vanaf nu met een blauw zwaailicht en een sirene. Rijkswaterstaat heeft de officiële status van hulpverleningsdienst gekregen, zodat ze die lichten mogen voeren en bij ongelukken sneller ter plaatse zijn.[2]
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord hulpverleningsdienst staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Enorme steekvlam door storm” (28-10-2013), NOS
- ↑ Weblink bron “Rijkswaterstaat rijdt voortaan met blauw zwaailicht en sirene” (01-09-2017), NOS