honderddrieëntwintigjes

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hon·derd·drie·en·twin·tig·jes

Zelfstandig naamwoord

de honderddrieëntwintigjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord honderddrieëntwintig

Gangbaarheid