Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • hjelpe·ar·bei·der
Woordherkomst en -opbouw
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   hjelpearbeider     hjelpearbeideren     hjelpearbeidere     hjelpearbeiderne  
genitief   hjelpearbeiders     hjelpearbeiderens     hjelpearbeideres     hjelpearbeidernes  

Zelfstandig naamwoord

hjelpearbeider, m

  1. (beroep) een ongeschoolde arbeider, een ongeschoolde werknemer, hulparbeider, hulpkracht (mannelijke vorm)
  2. (beroep) een ongeschoolde arbeidster, een ongeschoolde werkneemster, hulparbeidster, hulpkracht (vrouwelijke vorm)
Synoniemen
  • en ikke faglært arbeider

Verwijzingen

  1. Det Norske Akademis Ordbok (NAOB) hjelpearbeider (in het Noors; geraadpleegd 2020-05-15)
  2. Boksmålboka hjelpearbeider (in het Nynorsk; geraadpleegd 2020-05-15)
Opmerkingen