vervoeging van
henchir

hinchamos

  1. aanvoegende wijs eerste persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van henchir
  2. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) eerste persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van henchir
vervoeging van
henchirse

hinchamos

  1. aanvoegende wijs eerste persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van henchirse
  2. gebiedende wijs (ontkennend) eerste persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van henchirse
vervoeging van
hinchar

hinchamos

  1. eerste persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van hinchar
  2. eerste persoon meervoud verleden tijd (pretérito indefinido) van hinchar
vervoeging van
hincharse

hinchamos

  1. eerste persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van hincharse
  2. eerste persoon meervoud verleden tijd (pretérito indefinido) van hincharse
vervoeging van
hinchir

hinchamos

  1. aanvoegende wijs eerste persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van hinchir
  2. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) eerste persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van hinchir