hierop
- hier·op
- samenstelling van hier en op
vnw. bijw. | ||
---|---|---|
voorzetselbijwoord | op | |
persoonlijk | erop | |
aanwijz. | nabij | hierop |
veraf | daarop | |
vragend/betrekk. | waarop |
(scheidbaar)
hierop
- op dit, op deze
- Hierop zet je een vaas met bloemen.
- Hierop had hij geen antwoord.
- ▸ Ik was verrast en blij om te zien hoeveel mensen hierop reageerden, waardoor binnen twee weken mijn streefdoel van 4.286 dollar was behaald.[1]
- Het woord hierop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hierop" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
hierop
- hierop; op dit, op deze