herorganiseren
- her·or·ga·ni·se·ren
- afleiding van organiseren met het voorvoegsel her-
herorganiseren [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
herorganiseren |
herorganiseerde |
geherorganiseerd |
zwak -d | volledig |
- een evenement opnieuw of op een andere manier tot stand brengen
- ▸ Op lokaal niveau zijn enkele Oranjeverenigingen al begonnen met het herorganiseren van 30 april. Ook de Oranjevereniging Geldermalsen is bang dat de mensen wegblijven op 30 april.[2]
- een bestaande structuur veranderen
- ▸ Hij wijst erop dat individuele boeren weinig kunnen betekenen tegen supermarkten en veevoederbedrijven en uiteindelijk moeten stoppen. "We moeten hoognodig herorganiseren."[3]
- Het woord herorganiseren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Oranjefeesten 30 april onder druk” (16-02-2013), NOS
- ↑ Weblink bron “Boeren reden tevreden terug naar huis, maar wat heeft de protestdag opgeleverd?” (01-10-2019), NOS