grote buideldas
- (IPA in voorbereiding)
- gro·te bui·del·das
- verbinding van grote en buideldas
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | grote buideldas | grote buideldassen |
verkleinwoord | groot buideldasje | grote buideldasjes |
grote buideldas
- (buideldieren) Peroryctes raffrayana een buideldas uit het geslacht Peroryctes die voorkomt op Nieuw-Guinea en het nabijgelegen eiland Japen, van 60 tot 3900 m hoogte. Deze soort is zeldzaam en komt vrijwel uitsluitend voor in primair bos, het meest op rond 1000 m hoogte. Dit dier krijgt één of twee jongen, kan zich waarschijnlijk het hele jaar door voortplanten en bouwt nesten van gras. Op het Huon-schiereiland komt een aparte ondersoort voor, P. r. rothschildi (Förster, 1913)
- Het woord 'grote buideldas' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.