groenteboeket
- groen·te·boe·ket
- samenstelling van groente zn en boeket zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | groenteboeket | groenteboeketten |
verkleinwoord |
- een bos groentes die men sierlijk heeft gerangschikt
- ▸ Op bezoek? Verras de gastvrouw of -heer dan eens met dit zelfgeschikt groenteboeketje.[1]
- Het woord groenteboeket staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron LYNN VAN DEN BERGH“Creatief met groenten: maak je eigen groenteboeket” (28 OKT2019), Libelle