Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • groe·ne boom·boa
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord groene boomboa groene boomboa's
verkleinwoord groen boomboaatje groene boomboaatjes

Zelfstandig naamwoord

de groene boomboam

  1. (reptielen) (Corallus caninus) een grote groene slang die voorkomt in delen van Zuid-Amerika uit de familie Boidae  
    • Wat eet zo'n groene boomboa nou vooral? 
Synoniemen
Hyperoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid