Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • giet·waar
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gietwaar gietwaren*
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de gietwaarv / m

  1. (verzamelterm) allerlei voorwerpen die gemaakt zijn door gesmolten metaal in een vorm te laten stollen
      Er bestaan tegenwoordig in N.- Amerika 191 staalgieterijen met electrische ovens, zoodat meer dan de helft dier gieterijen in staat zijn de allerbeste gietwaar te leveren, terwijl de gieterijen van gewoon en smeedbaar gietijzer in totaal slechts over een paar dozijn electrische ovens beschikken, die ook ter verbetering der kwaliteit dienen.[2]
Opmerkingen
  • Er is geen duidelijk verschil in betekenis tussen meervoud en enkelvoud. Een afzonderlijk gegoten voorwerp wordt "gietstuk" genoemd.
Meroniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron Gaat de ijzergieterij achteruit in belang. in: Algemeen Handelsblad  , jrg. 98 nr. 31882 (5 december 1925), p. 18 (Bijv. 8) kol. 3