gebekt

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  gebekt    (hulp, bestand)
• IPA: / ɣəˈbɛkt / (2 lettergrepen)

Woordafbreking

• ge·bekt

Woordherkomst en -opbouw

• bn van Middelnederlands gebect, pseudodeelwoord afgeleid van  bek zn  met het omvoegsel ge- -t
• ww vervoeging van bekken: de stam met omvoegsel ge- -t

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	gebekt	gebekter	gebektst
verbogen	gebekte	gebektere	gebektste
partitief	gebekts	gebekters	-

Bijvoeglijk naamwoord

gebekt

1. met een snavel of andere mondopening

   ▸ Elk vogeltje zingt zoals het gebekt is, is een spreekwoord. Maar elk vogeltje is gebekt zoals het eet is ook waar.

2. (figuurlijk) het spraakvermogen gebruikend

   ▸ De rechtse tiran vindt dat de anderen hun bek moeten houden; de linkse tiran vindt dat de anderen gebekt moeten zijn zoals hij.

3. (heraldiek) met een snavel in een kleur die afwijkt van het lichaam

   ▸ Het 519 squadron heeft als embleem in blauw een afgerukte havikskop van goud, gebekt van zilver en rood getongd.

• 
  3. Een havikskop van goud, gebekt van zilver.

Spreekwoorden

• ieder vogeltje zingt zoals het gebekt is
  mensen kunnen sterk verschillen in woordkeus

Werkwoord

vervoeging van:	bekken…
verbogen vorm:	gebekte

gebekt

1. voltooid deelwoord van bekken

   ▸ Kyra: „Als een jongen terugkomt van stappen en hij heeft met vier meisjes gebekt, dan wordt hij de hemel in geprezen. Meisjes worden instant geslutshamed. Wij hebben met vrienden afgesproken om dat niet te doen.”

   ▸ Ik heb niets tegen Nederlandstalige liedjes, maar ik krijg ze eenvoudigweg niet gebekt, hoe vaak ik dat ook heb geprobeerd.

Gangbaarheid

• Het woord gebekt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gebekt" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
98 %	van de Vlamingen.